Voor de taalvaardigheid van kleuters kan kinderopvang een cruciale rol spelen
In de hele discussie over de taalachterstand van kleuters – 15% zou onvoldoende kennis van het Nederlands hebben bij de overgang naar de lagere school – wordt alle richtingen uitgewezen. Maar wat ontbreekt in alle gesprekken, is de rol van kinderopvang voor de taalontwikkeling van jonge kinderen’, schrijft Bieke Verlinden (Vooruit). ‘Helaas zit, net zoals ons onderwijs, onze Vlaamse kinderopvang momenteel in een zware crisis die maakt dat baby’s en peuters onvoldoende kunnen genieten van de vele positieve effecten die goede kinderopvang voor hen kan hebben.
Voor die positieve effecten moet de kinderopvang van hoge pedagogische kwaliteit zijn en moeten de kinderbegeleiders de nodige tijd krijgen om kindjes alle aandacht te kunnen geven. Met 8 à 9 kindjes per begeleider kan dat natuurlijk niet, dan werk je enkel de lijst verzorgingstaken af – voeden, verluieren, te slapen leggen, repeat.
Goede kinderopvang geeft kinderen een enorm sterke start in hun leven. En voor kinderen uit kansarme of anderstalige gezinnen zijn die effecten op de lange termijn nog sterker, zij halen nog meer voordeel uit goede kinderopvang. In de opvang en de kinderbegeleiders liggen de sleutels klaar om alle kinderen via taal te stimuleren in hun cognitieve, sociale en emotionele ontwikkeling.
In die eerste levensjaren zijn de hersenen van kinderen kleine sponzen. Leren, imiteren en opnemen gaat ongelooflijk vlot. Het is een heel belangrijke periode om taal te ontwikkelen. Kinderbegeleiders die tegen hen praten, op hun gebrabbel reageren tot kleine ‘gesprekjes’, liedjes met hen zingen … Zeker voor baby’s en peuters met een andere thuistaal is de kinderopvang de ideale plek om Nederlands te oefenen. Maar dan moet daar wel tijd en ruimte voor zijn bij de kinderbegeleiders en dan moeten zij ook goed opgeleid zijn in de pedagogiek achter taalstimulering.
De eerste 1.000
In heel Europa liggen de opleidingseisen voor wie zorgt voor kinderen tussen 0 en 3 jaar eerder laag of zijn ze zelfs onbestaande. Hoe ouder een kind wordt, hoe meer kwalificatievereisten we gaan opleggen aan de begeleiders. Ook in de Vlaamse kinderopvang wordt een beperkte opleiding van de medewerkers verwacht – terwijl hier dé pedagogische start van kinderen ligt. In de kleuterklas en de lagere school stijgt dat naar minimaal een bacheloropleiding. Halverwege het middelbaar wordt een masterdiploma verwacht van de leerkrachten, om in de hogere studies doctoraten te vereisen. Hoe langer je onderwijs kan volgen, hoe beter opgeleid je begeleiders zullen zijn.
En hoe jonger het kind, hoe minder we investeren in de opleiding van de begeleiders. Mijn betoog is zeker niet om minder te investeren in het hoger onderwijs, maar wel om meer te investeren in die eerste levensjaren. In die eerste 1.000 dagen die zo bepalend zijn voor de verdere ontwikkeling van kinderen. Til de opleiding van kinderbegeleiders naar een hoger niveau en benut zo ten volle de enorme pedagogische functie van kinderopvang. Dat is een investering die zichzelf op de lange termijn dubbel en dik terugbetaalt.
Red de kinderopvang
Vandaag is er echter een enorm tekort aan kinderopvang. In die schaarste ligt de drempel tot kinderopvang extra hoog voor gezinnen met een migratieachtergrond en/of een sociaaleconomisch kwetsbare positie. Tegelijk ligt de werkdruk voor kinderbegeleiders zodanig hoog dat zij steeds moeilijker de pedagogische, kwaliteitsvolle zorg kunnen geven die nodig is.
Net zoals in de kleuterklas niet genoeg aandacht naar taal kan gaan als de leerkracht voor een klas van 28 kleuters staat – zoals onze voorzitter Conner Rousseau aankaartte – kan ook in de kinderopvang niet genoeg aandacht naar taal gaan als je op je eentje 9 baby’s en peuters in de gaten moet houden. Dan is er geen tijd om liedjes te zingen, voor te lezen of één op één een gesprekje aan te gaan met een peuter en nieuwe woordjes te oefenen.
Als de Vlaamse regering bezorgd is om de taalvaardigheid (in het Nederlands) van kleuters, dan zou ze dus beter werk maken van de kinderopvangcrisis. In plaats van stoer te schermen met financiële sancties: investeer in die eerste vormingsjaren. Laat ons het belang van kinderopvang voor de hele samenleving nu eindelijk durven erkennen en de job van kinderbegeleider opwaarderen tot langer opgeleide pedagogische ondersteuners die onze kinderen een sterke start van het leven geven. Het is al te gek dat de Vlaamse regering zélf tekortschiet in de oplossingen maar wel zwaait met sancties die de kansen van kinderen nog méér achterop zetten.