top of page

De mantra dat zorg zoals we die nu kennen onbetaalbaar is, is quatsch

Deze opinie verscheen op Knack.be

Vanavond vindt het Festival van de Gelijkheid plaats. Dat ethicus Peter Singer op de affiche staat, geeft de avond een grimmige sfeer, schrijven rolstoelgebruiker Dorien Meulenijzer, sp.a-schepen Bieke Verlinden en feministe Xanne Huybrecht.

Het is vrijdagochtend en ik rijd met mijn rolstoel de lift in, samen met de buren van het zevende. Voor de zoveelste keer dezelfde vraag: of ik een fijn wandelingetje ga maken? Ik vertel hen dat ik naar mijn werk vertrek. Wat verrast geknik. Maar of ik wel naar buiten kan zo zonder jas, het is toch wat frisjes? Ik antwoord dat mijn auto voor de deur staat en ik dus snel warm zal zitten. Verbazing alom. Goed bezig, meiske.

We denken duidelijk nog vaak in stereotypen. Vele mensen met een beperking zijn immers perfect in staat om te werken of op een andere manier actief deel uit te maken van onze maatschappij. Vanavond vindt in Leuven het Festival van de Gelijkheid plaats. Het zou het ideale moment moeten zijn om over gelijkheid en solidariteit na te denken. Dit jaar hangt er echter een grimmig sfeertje rond de avond, want niemand minder dan ethicus Peter Singer prijkt op de affiche.

Ethiek met beperkingen

Singer geldt (terecht) als voorvechter van altruïsme tegenover mens en dier. Zijn ethiek is echter zeer controversieel ten aanzien van één bepaalde groep: mensen met een beperking. Singer ziet weinig graten in het euthanaseren van pasgeborenen met een beperking als dat tot ‘groter algemeen geluk’ kan leiden. Volgens hem moet een leven fysiek en geestelijk ‘goed genoeg’ zijn om het leven waard te zijn. Een beetje afwijking mag wat hem betreft leiden tot een duwtje richting levensbeëindiging.

Utilitaristische rekensommen

Volgens Singers filosofie, het utilitarisme, is geluk ‘de som van plezier min pijn’. Een utilitarist wil zo veel mogelijk mensen zo gelukkig mogelijk maken en dat via logica meten. Echte mensen zoals u en ik weten dat het net iets ingewikkelder kan zijn. Zo’n rekensom is allesbehalve een objectieve formule om geluk, laat staan ‘bestaanswaarde’ te meten.

Bovendien leidt de suggestie om louter te investeren in de groep waar de grootst mogelijke geluksopbrengst te boeken valt ertoe dat investeren in andere situaties minderwaardig wordt. Zo predikt Singer dat ouders in sommige gevallen kunnen overgaan tot infanticide en beter investeren in een tweede, ‘normaal’ (sic) kind.

Utilitaristische rekensommen lijken misschien efficiënt, ze leiden tot een ineffectief en waardeloos zorgdenken. Wat is immers volmaakt? Of gelukkig? Wat betekent die dooddoener ‘efficiënt’? Het is het codewoord dat het zorgdebat tegenwoordig in de ban houdt. Utilitarisme als doorgedreven vorm van efficiëntiedenken wakkert in de context van het besparingsbeleid de boekhouder in ons aan en schuift de mens opzij.

Vermaatschappelijking en hoger algemeen geluk?

De theorie van Singer toegepast op de zorg voor personen met een beperking laat zien dat rekensommetjes niet helpen om meer waardigheid in het huidige politieke discours te krijgen. Het is misschien een ongemakkelijke waarheid maar de efficiëntieaanpak doet hetzelfde als Singers ethiek: effectieve investering in personen met een beperking ondermijnen. Want wanneer je in het kader van rationalisering en besparing het recht op zorg en opvang laat varen voor een zogenaamd ‘efficiënter’ model, komt een afhankelijkheidsrelatie steeds voorop te staan.

Het terugduwen van zorgvragen naar iemands netwerk kan uitmonden in een caritas-model waarin mensen met een beperking dankbaar mogen zijn dat hun omgeving hen wíl helpen. ‘Het netwerk’ en een beperkt persoonlijk budget vervangen dan elke verantwoordelijkheid vanuit de overheid. De politieke drive naar afdwingbare rechten en sterke zorgvoorzieningen valt weg.
Ondermaats investeren in zorginstanties en commerciële bejubeling van zorgprincipes maakt dat zorg verwordt tot ‘prestaties’. Prestaties die in tijdsschema’s gegoten worden en op die manier ver van mensen komen te staan. 7 minuten om iemand ‘op het toilet te zetten’. 12 minuten voor een bad waar je slechts tweemaal per week recht op hebt. Enzovoort. Na het ‘strippen’ van de zorg behoren zorgzaamheid en kwaliteitstijd louter tot de taken van het familiale netwerk. Heb je dat netwerk niet, dan heb je pech. Zo werk je ongelijkheid in de hand. Of vanuit Singers visie: ‘dat is het leven niet waard’.

Geen geld?

De mantra dat zorg zoals we die nu kennen onbetaalbaar is, is quatsch. Helaas blijkt de macht van het geld slechts één drijfveer te kennen: eindeloze groei. Herverdeling op maat zou een veel gepastere politieke keuze zijn dan zorg op maat, die in zijn huidige vorm voornamelijk roofbouw pleegt op een solidaire samenleving. We moeten durven kiezen voor herverdeling door een globalisering van de inkomsten en een sterke investering in publieke voorzieningen. Of het nu gaat over justitie, onderwijs, kinderopvang of zorg voor mensen met een beperking: hoe we omgaan met de meest kwetsbaren van deze samenleving definieert ons democratisch gehalte. ‘Moeilijker’ is niet hetzelfde als ‘het bestaan niet waard’. Hoog tijd dus voor politieke keuzes die àlle mensen voorop stellen. Want het hervormen van zorg in louter ‘efficiënte’ technieken maakt personen met een beperking er niet gelukkiger op. En mensen gelukkiger maken, daar was het ons toch om te doen?

Festival van de Gelijkwaardigheid?

Laat ons op een Festival van de Gelijkheid alvast mensen met een beperking het woord geven wanneer de hoofdgast hen als minderwaardig wil wegzetten. En laten we dan kijken hoe we als samenleving oplossingen kunnen aanreiken voor wat moeilijk is, in plaats van ons via kille rekensommen te ontdoen van wat ongemakkelijk is. Er zijn betere oplossingen dan zo’n boekhoudkunde van het geluk.

Dorien Meulenijzer werkt als rolstoelgebruiker op vele vlakken aan toegankelijkheid voor iedereen

Bieke Verlinden is SP.A-schepen voor sociale zaken, werk en studentenzaken in Leuven

Xanne Huybrecht is als feminist begaan met diversiteit en gelijkwaardigheid

bottom of page